Wassenaarse Slag: 22 doden (11 mei 1940)

Als op 10 mei 1940 de Duitsers Nederland binnenvallen, vertrekt de compagnie van Rindert Brandsma, die in de Bollenstreek is gelegerd, hals over kop naar Rijnsburg en vervolgens naar de Wassenaarse Slag. Ze overnachten in een paar leegstaande huisjes. Rindert schrijft daarover in zijn boek Herinneringen uit mijn leven:

Eindelijk begon het wat te schemeren. Een nieuwe dag diende zich aan. Wat zou die ons brengen? Het antwoord daarop werd me al gauw gegeven. Niet lang duurde mijn gemijmer. Pang, boem. Pang, boem. Retteketet, retteketetteketet. Wat was dat nou? De ene explosie volgde op de andere. De huisjes dreunden ervan. Het vuren van de mitrailleurs ging steeds sneller. De inslagen volgden elkaar in een steeds sneller tempo op. 'Eruit, we moeten eruit. Hier hebben we geen kans. Allemaal naar buiten!' Zo klonken de bevelen van onze officieren. Een twintigtal moedigen probeerden het. Eén voor één werden ze voor de voordeur neergemaaid. Het lichtend spoor van de lichtspoormunitie vloog razendsnel langs. Inwendige woede over het in hinderlaag lokken van ons nam bezit van me. Ik had de kelder weten te bereiken en speurde door het kleine vierkante raampje naar buiten in de schemering of ik ook een Duitser in het vizier kon krijgen. Niks te zien. Wel kwamen de inslagen van de handgranaten en mortieren steeds dichterbij. Ik kon niet meer denken. Mijn hoofd leek vol zand te zitten. Ik voelde me duf. Wat zou mijn lot zijn? Sneuvelen? Maar dat wilde ik niet. Eruit! Maar hoe? Zo hadden we geen enkele kans op overleven. Ik schreeuwde de jongens toe niet meer te trachten eruit te komen. 'Gooi af je uitrusting. We hebben geen kans!' Ze gehoorzaamden me gelukkig. Alle uitrusting werd op een hoop gegooid. Daarna wist ik met mijn bajonet een stuk witte vitrage van een der ramen te bemachtigen. Dat bond ik aan die bajonet en stak het naar buiten. Al heel vlug kwam een Duitse soldaat met een verbeten gezicht en pistoolmitrailleur in de aanslag voor de deuropening staan. Hij schreeuwde': 'Raus. Alle raus.' Angstig staken we onze handen omhoog ten teken dat we ons overgaven. Buiten gekomen zagen we een paar dozijn van de onzen liggen. Dood. Een zinloze dood.


22 tapfere holl. Soldaten

Rindert wordt krijgsgevangen gemaakt en wordt met zijn maats nog enkele dagen in dezelfde huisjes vastgehouden. Als de Nederlandse capitulatie een feit is, worden ze vrijgelaten en keert Rindert naar Lisse terug. Kort daarna worden de 22 gesneuvelde soldaten herbegraven.


Herbegrafenis van de 22 omgekomen soldaten (Sassenheim mei 1940)

Meer informatie is te vinden op de volgende websites:

http://www.oorlogsdodennijmegen.nl/persoon.asp?odID=2127&info=1

http://www.mei1940.nl/Meidagen/10_mei_1940_deel_1.htm